Wolfgang Niedecken (Keulen, 30 maart 1951) is een Duitse muzikant, auteur en schilder.
Wolfgang Niedecken is de zoon van de eind jaren 1930 uit Unkel naar Keulen verhuisde wijnbouwerszoon en handelaar Josef Niedecken, die in een tweede huwelijk met zijn 16 jaar jongere Keulse echtgenote Hubertine Platz in het stadsdeel Severins een kruidenierszaak leidde. Hij beschreef zijn vader, die meeloper was in de NSDAP, als aartskatholiek. Niedecken heeft een 20 jaar oudere halfbroer uit zijn vaders eerste huwelijk. Hij is sinds 1994 voor de tweede keer getrouwd en heeft uit het eerste huwelijk (1983-1992) met zijn vroegere echtgenote Carmen twee zoons, uit het tweede huwelijk met Tina twee dochters.
Van april 1962 tot 1970 bezocht Niedecken het convict St. Albert, een internaat van de Pallottijnen in Rheinbach, waar hij woonde. Hij bezocht het Städtische Gymnasium Rheinbach, speelde vanaf 1966 in de scholierenband The Convikts en zong daarna bij The Troop, die hij in 1969 verliet. Daarna was hij tot 1971 zanger bij Goin' Sad, die door Klaus dem Geiger voor een sessie werd uitgenodigd in het theehuis Tabernakel. Het was ook Klaus dem Geiger, die Niedecken onder druk zette om zich in te zetten bij de demonstraties voor Stollwerck. Zijn eerste plaatopname ontstond in 1969 met deze band op de slechts vier nummers bevattende ep 'Hans Daniels präsentiert Bonner Beat Bands'. Het eerste nummer Satin Rose werd geschreven door Niedecken en in 1969 opgenomen in de Keulse Cornet-geluidsstudio's van Heinz Gietz.