John Simon Ritchie (Londen, 10 mei 1957 – New York, 2 februari 1979), beter bekend onder zijn artiestennaam Sid Vicious, was een Brits muzikant. Hij werd bekend als basgitarist van The Sex Pistols toen hij in 1977 Glen Matlock verving. Na het vertrek van Johnny Rotten nam hij ook enkele zangpartijen voor zijn rekening.
Vicious stond bekend om de chaos die hij bracht tijdens de optredens, eerst als fan, later als bandlid van The Sex Pistols.
Na het uiteenvallen van The Sex Pistols, begon de inmiddels zwaarverslaafde Vicious een solocarrière. Die voerde hem naar Parijs en New York, waar hij zich uiteindelijk vestigde met zijn vriendin en mede-junkie Nancy Spungen. Nadat zij op 12 oktober 1978 doodgestoken werd gevonden met Vicious bij haar in de kamer, werd hij opgepakt en vastgezet. Hij bleek zoveel drugs tot zich genomen te hebben, dat hij zich niets van de avond ervoor herinnerde. Nadat hij op borgtocht vrijkwam in afwachting van zijn proces, overtrad hij de voorwaarden van zijn voorwaardelijke invrijheidstelling door een ruzie met de broer van Patti Smith, wat hem weer op een paar dagen cel kwam te staan. Na zijn vrijlating werd een feest georganiseerd door Vicious' moeder in de flat van diens nieuwe vriendin. De volgende morgen, 2 februari 1979, werd hij dood aangetroffen. De lijkschouwer constateerde zelfmoord door een overdosis heroïne, maar mogelijk werd deze fatale injectie hem toegediend door zijn moeder. Eerder op die dag had hij namelijk een overdosis heroïne op het nippertje overleefd. Het onderzoek naar de moord op Spungen werd stopgezet. Uit later onderzoek is gebleken dat de moeder van Sid hem zijn laatste shot heeft gegeven. In 1996 overleed zijn moeder zelf ook aan een overdosis, waardoor haar motief nooit duidelijk werd.