Salvatore Bocchetti (Napels, 30 november 1986) is een Italiaans voetballer die bij voorkeur als centrale verdediger speelt. Hij verruilde in 2013 Roebin Kazan voor Spartak Moskou. In 2009 debuteerde hij in het Italiaans voetbalelftal.
Bocchetti stroomde in 2004 door vanuit de jeugd van Ascoli. Die club verhuurde hem aan SS Lanciano en Frosinone om wedstrijdervaring op te doen. In 2007 stapte hij definitief over naar Frosinone, op dat moment actief in de Serie B. Bocchetti vertrok één jaar later naar Genoa, waarvoor hij in het seizoen 2008/09 debuteerde in de Serie A. In augustus 2010 werd hij verkocht aan Roebin Kazan. Daarmee won hij in 2012 zowel de Beker van Rusland als de Russische supercup. In de wedstrijd om de Supercup maakte hij het eerste doelpunt in wat een 0-2 overwinning op FK Zenit Sint-Petersburg werd. In 2013 werd Bocchetti getransfereerd naar Spartak Moskou.
Bocchetti nam met het olympisch elftal ook deel aan de Olympische Spelen in China. Daar werd de ploeg onder leiding van bondscoach en oud-international Pierluigi Casiraghi uitgeschakeld door België in de kwartfinales: 3-2. Op 10 oktober 2009 maakte Bocchetti zijn debuut voor het Italiaans voetbalelftal tegen Ierland. Hij zat in de selectie van Italië op het WK 2010 onder Marcello Lippi. Hij zat ook bij de voorselectie voor het EK 2012, maar viel uiteindelijk af, net als Domenico Criscito, Marco Verratti, Davide Astori, Luca Cigarini en Ezequiel Schelotto. Zijn laatste interland dateert van 5 juni 2010. Toen mocht hij in de basiself starten in een oefenduel tegen Zwitserland.