Anna Matvejevna Pavlova (Russisch: Анна Матвеевна Павлова) (Sint-Petersburg, 12 februari 1881 - Den Haag, 23 januari 1931) was een Russische ballerina en filantrope. Pavlova wordt beschouwd als de beroemdste ballerina aller tijden.
Pavlovas moeder, Ljoebov Feodorovna, was een wasvrouw en haar vader zou -volgens sommige bronnen- een Joodse bankier geweest zijn die haar te werk stelde. Anna zou als kind een verhaal verspreiden dat ze het kind was van een eerder huwelijk van haar moeder en dat haar vader vroegtijdig stierf. Historici beschouwen dit verhaal als een fabeltje. Haar moeders tweede echtgenoot, Matvej Pavlov, zou Anna geadopteerd hebben op driejarige leeftijd, vanwaar haar familienaam. Haar liefde voor het ballet zou ze opgedaan hebben tijdens een bezoek aan het vermaarde Mariinskitheater in Sint-Petersburg. De originele productie van Doornroosje (1890) van de Franse choreograaf Marius Petipa zou een grote indruk nalaten. Op 9-jarige leeftijd nam haar moeder haar mee naar een auditie op de prestigieuze Imperial Ballet School. Vanwege haar jeugdige leeftijd en haar "slap" voorkomen werd ze geweigerd. Een jaar later werd ze op tienjarige leeftijd toegelaten.